Ouders die in het buitenland wonen en een leerkracht Nederlands zoeken voor hun kind, verkiezen een leerkracht zonder opvallend accent. Indien er toch een accent is, dan graag eentje dat past bij die van de ouder/familie. Heel begrijpelijk, want onze taal kan erg verschillen in gebruik en je wilt je kind het niet moeilijker maken dan het al is. Wel, dan is er goed nieuws voor de Vlaamse ouders die verspreid over de wereld wonen. Sinds kort heeft WWJ er ook Vlaamse juf bij voor het lager onderwijs.
- Amai, dat is goed nieuws, zeg! Of toch maar: Nou, dat is leuk nieuws! -
Na acht jaar ervaring in Nederlandse scholen in het buitenland heb ik, Edith (31) uit Antwerpen zoveel mooie verschillen mogen ontdekken tussen het Vlaamse en Nederlandse taalgebruik van onze gemeenschappelijke taal. Want hoewel we elkaar prima kunnen begrijpen, zijn er toch ook veel verschillen. Niet alleen in accent, maar ook in zegswijzen en woordenschat! Ondertussen beheers ik beide uitspraken (bijna) even goed en heb ik veel geleerd van, vaak ludieke, miscommunicatie.
Zo heb ik hard meegelachen met mijn leerlingen van groep 1-2 toen we met zijn allen op een picknickkleed een snack gingen eten en ik vroeg: “Schuif eens allemaal een beetje op, dan kan de juf met haar dikke poep (NL: billen) er ook bij!”. Stomverbaasd keken ze me aan, oeps! Een moeder in Zimbabwe vertelde hoe haar dochtertje ‘op z’n Vlaams’ tot tien telde toen ze in de tuin verstoppertje speelde met haar broertje. Naar haar mening klonk het heel sappig!
Nu ik weer in Antwerpen woon, vervlaamst mijn accent snel. Toch gebruik ik nog uitspraken als: ‘Okido’, ’Dat is twee vingers in de neus’ en ‘niet te zuinig’. Of kan ik tegen collega’s wel eens klagen over het feit dat ik de Nederlandse manier van zeggen wat je denkt mis in België om bijvoorbeeld vergaderingen sneller te laten verlopen. Want die Vlamingen kunnen nogal rond de pot draaien (NL: niet zeggen waar het op staat).
Hoewel ik soms rare blikken krijg als ik iets Vlaams/Nederlands zeg tegen de verkeerde doelgroep, ben ik erg dankbaar voor de blend van taal, gebruiken en cultuur die ik nu in mij draag. Ik ben trots als ik ‘een halve Nederlander’ word genoemd. Zou jij dat ook hebben, of is het meer een belediging?
Ik ben dus vanaf nu als eerste Vlaamse leerkracht bij World Wide Juf, terwijl ik ook in Antwerpen op een basisschool Nederlandse les geef aan anderstalige nieuwkomers. De meeste materialen die op de markt zijn voor deze doelgroep, zijn ontwikkeld in Nederland. Dus ik zit geregeld in de les: ‘Ja, daar staat ‘de bank’ in het voorbeeld. In België zeggen we ‘de zetel’. De bank, de zetel.’ Zo ook met de het gum/de gom, de wc/het toilet, lopen/ stappen, rennen/lopen, … En zo kunnen we nog wel even doorgaan. Voor mij als leerkracht is het fijn om beide woorden te kennen en zo de kinderen op de verschillen te kunnen wijzen. Maar ook is het waardevol voor de kinderen om hun woordenschat te verrijken en zo je taal nog meer kleur te kunnen geven.
Welke leuke anekdotes hebben jullie over de verschillen tussen Vlaams en Nederlands? We horen ze graag!
Comments